caparol_pim_import/caparol_nl/products/image/259407/069369_Cap-elast_Phase_1_NL.png

Cap-elast Phase 1

Plasto-elastische coatingsystemen van topkwaliteit voor renovatie
van gescheurde gevels en betonnen oppervlakken.

Toepassing

Zowel voor weerbestendige, scheuroverbruggende afwerkingen op gescheurd pleisterwerk en betonvlakken als voor bescherming tegen milieu-invloeden en agressieve dampen.

  • Cap-elast Phase 1: met vezels versterkte, elastische en gepigmenteerde tussenlaag. Ook geschikt om weefsel in te bedden
  • Cap-elast Phase 2: zijdematte, plasto-elastische, witte afwerklaag
  • Cap-elast Riss-Spachtel: plasto-elastische reparatieplamuur om scheuren in pleisterlagen en metselwerk op te vullen
  • Cap-elast Faserpaste: met vezels versterkte, plasto-elastische plamuur om ondergronden te egaliseren om daarna af te werken met Cap-elast product

Eigenschappen

  • met water te verdunnen, milieuvriendelijk, reukarm
  • weerbestendig
  • CO2-werend µd > 50 m
  • plasto-elastisch, scheuroverbruggend
  • zeer goed dekkend
  • egaliserend
  • alkalivast, verzeept niet

Materiaalbasis

Kunststofdispersie volgens DIN 55945

Verpakking

  • Standaard:
    Cap-elast Phase 1: 12½ l
    Cap-elast Phase 2: 12½ l
    Cap-elast Riss-Spachtel: 1 kg, 1½ kg, 10 kg
    Cap-elast Faserpaste: 5 kg
  • ColorExpress: Cap-elast Phase 2: 12½ l

Kleur

  • Cap-elast Phase 1: Wit
  • Op kleur te brengen met maximaal 10 % AmphiColor mengkleuren of CaparolColor-mengkleuren. Voor het verkrijgen van optisch gelijkmatige oppervlakken moet Cap-elast Phase 1 ongeveer de kleur van de afwerking hebben. Met ColorExpress in vele kleuren tot een reflectiewaarde 70 op kleur te brengen.
  • Cap-elast Phase 2: Wit
    Op kleur te brengen met maximaal 10 % AmphiColor mengkleuren of CaparolColor-mengkleuren en volgens het ColorExpress-systeem naar kleuren uit de 3D- en vele andere kleurenwaaiers. Om eventuele fouten in kleur te ondervangen het op kleur gemaakte materiaal voor verwerking testen. Op grote oppervlakken steeds materiaal verwerken met hetzelfde chargenummer. Heldere en intensieve kleuren zoals geel, oranje, rood etc. hebben een matige dekking. Het aanbrengen van een grondlaag in ongeveer de eindkleur vanuit basis wit is aan te bevelen. Een tweede afwerklaag kan noodzakelijk zijn.
  • Cap-elast Faserpaste: Wit

Kleurstabiel volgens BFS nr. 26:

Cap-elast Phase 2:
Klasse: A  
Groep: 1–3, afhankelijk van de kleur.

De kleur voor gebruik controleren.

Glansgraad

  • Cap-elast Phase 2: Zijdemat, klasse: G2

Opslag

Koel maar vorstvrij bewaren.

Technische eigenschappen

Volgens DIN EN 1062
Bij materiaal op kleur kunnen de technische eigenschappen afwijken.

Maximale korrelgrootte

Cap-elast Phase 2:
< 100 µm, klasse: S1

Soortelijke massa

  • Cap-elast Phase 1: ca. 1,2 g/cm3
  • Cap-elast Phase 2: ca. 1,3 g/cm3
  • Cap-elast Riss-Spachtel: ca. 1,75 g/cm3
  • Cap-elast Faserpaste: ca. 1,1 g/cm3

Drogelaagdikte

Cap-elast Phase 2: 
100–200 µm, klasse: E3

Diffusie-equivalente luchtlaag Sd

Cap-elast Phase 2: 
d-waarde): ≥ 0,14 - < 1,4 m (gemiddeld), klasse: V2

Diffusie-equivalente luchtlaag µm CO2

Cap-elast Phase 2: 
> 50 m, klasse: C1

Wateropname

Cap-elast Phase 2:
(w-waarde): ≤ 0,1 [kg/(m2 · h0,5)] (laag), klasse: W3

Scheurklasse

De mate van elasticiteit is afhankelijk van het gekozen Cap-elast-verfsysteem.

Toepassing conform technisch informatieblad nr. 606

Cap-elast Faserpaste, Phase 1 en Phase 2
binnen 1binnen 2binnen 3buiten 1buiten 2
++
(–) niet geschikt / (○) beperkt geschikt / (+) geschikt

Cap-elast Riss-Spachtel

binnen 1binnen 2binnen 3buiten 1buiten 2
---++
(–) niet geschikt / (○) beperkt geschikt / (+) geschikt
De verschilende scheuren en hun behandeling met Cap-elast
Fijne oppervlaktescheuren, zoals krimp- en haarscheuren in pleisterlagen of beton: Enkelvoudige wapeningFijne scheuren in de pleisterlaag of beton:

Lichte wapening
Scheuren in lint- en stootvoegen en beton:

Zware wapening
Bild 18 (031669_TI_160_Einfacharmierung.jpg)Bild 20 (031671_TI_160_Leichtarmierung.jpg)Bild 21 (031672_TI_160_Schwerarmierung.jpg)
Verfsysteem

Voorstrijklaag: Een voorstrijklaag aanbrengen met Dupa Fix Grund of CapaGrund Universal, afhankelijk van de ondergrond.
Tussenlaag: Een tussenlaag aanbrengen in ongeveer de kleur van de afwerklaag met Cap-elast Phase 2.
Verbruik: minimaal 230 ml/m2 .
Afwerklaag: Een afwerklaag aanbrengen met Cap-elast Phase 2, onverdund.
Verbruik: minimaal 230 ml/m2 .

Scheuroverbrugging volgens DIN EN 1062:
klasse 4 (> 100 µm) bij 23 °C.
Verfsysteem

Voorstrijklaag: Een voorstrijklaag aanbrengen met Dupa Fix Grund of CapaGrund Universal, afhankelijk van de ondergrond.
Tussenlaag: Een tussenlaag aanbrengen met Cap-elast Phase 1, onverdund, in ongeveer de kleur van de afwerklaag.
Verbruik: 350 - 500 ml/m2.
Afwerklaag: Een afwerklaag aanbrengen met Cap-elast Phase 2, onverdund.
Verbruik: minimaal 230 ml/m2.

Scheuroverbrugging volgens DIN EN 1062:
klasse A4 (> 1250 µm) bij 23 °C.
Verfsysteem

Voorstrijklaag:
Een voorstrijklaag aanbrengen met Dupa Fix Grund of CapaGrund Universal, afhankelijk van de ondergrond.
Eerste tussenlaag: Een eerste tussenlaag aanbrengen met Cap-elast Phase 1, onverdund. Verbruik: min. 500 ml/m2.
Tweede tussenlaag: Een tweede tussenlaag aanbrengen met Cap-elast Phase 1, onverdund, in ongeveer de kleur van de afwerklaag.
Verbruik: min. 500 ml/m2.
Afwerklaag:
Een afwerklaag aanbrengen met Cap-elast Phase 2, onverdund. Verbruik: min. 230 ml/m2.

Scheuroverbrugging volgens DIN EN 1062:
klasse A4 (> 1250 µm) bij 23 °C.
De verschilende scheuren en hun behandeling met Cap-elast
Bij eenvoudige bouwtechnische scheuren:
Op gladde oppervlakken, versterkt met weefselstroken
Bij omvangrijke bouwtechnische scheuren:
Op gladde oppervlakken, met weefsel versterkt
Bild 22 (031673_TI_160_Streifenarmierung.jpg)Bild 19 (031670_TI_160_Gewebearmierung.jpg)
Verfsysteem

Voorbehandeling:

Bouwtechnische scheuren ca. 1 cm breed en 1 cm diep u-vormig uitkrabben, zorgvuldig stofvrij maken en met Dupa Fix Grund voorstrijken tot verzadiging is bereikt. Scheuren met Cap-elast Riß-Spachtel opvullen en goed laten drogen.
Voorstrijklaag:
Een voorstrijklaag aanbrengen over het gehele oppervlak met Dupa Fix Grund of CapaGrund Universal, afhankelijk van de ondergrond.
Weefselstroken op gladde oppervlakken:
Over de gevulde scheur Cap-elast Phase 1 opbrengen over een breedte van tenminste 20 cm. In het nog natte materiaal Elastik-Gewebe 10/10 van bijv. Kobau zonder plooien over een breedte van tenminste 20 cm inbedden. Goed laten drogen.
Tussenlaag:
Een tussenlaag aanbrengen over het gehele oppervlak met Cap-elast Phase 1 in ongeveer de kleur van de afwerklaag. Verbruik: min.500 ml/m2.
Afwerklaag:
Een afwerklaag aanbrengen met Cap-elast Phase 2, onverdund.
Verbruik: min. 230 ml/m2.

Scheuroverbrugging volgens DIN EN 1062: klasse A5 (>2500 µm) bij 23 °C.
Verfsysteem

Voorbehandeling:

Bouwtechnische scheuren ca. 1 cm breed en 1 cm diep u-vormig uitkrabben, zorgvuldig stofvrij maken en met Dupa Fix Grund voorstrijken tot verzadiging is bereikt. Scheuren met Cap-elast Riß-Spachtel opvullen. Goed laten drogen.
Gladde oppervlakken met weefsel versterkt: 
Een voorstrijklaag aanbrengen met Dupa Fix Grund of CapaGrund Universal, afhankelijk van de ondergrond.
Inbedden weefsel op gladde oppervlakken:
Cap-elast Phase 1, verdund met ca. 5% water, over de gehele breedte van het Elastik-Gewebe 10/10 van bijv. Kobau gelijkmatig opbrengen en verdelen met blokwitter of verfroller.
Verbruik: min. 400 ml/m2.
Het weefsel, te beginnen aan de bovenkant, in de nog natte laag Cap-elast Phase 1 met een roestvrijstalen spaan of moltopreen-roller aanbrengen en goed aandrukken, zodat geen blazen en vouwen ontstaan. De naden ca. 5 cm laten overlappen. Het gewapende oppervlak goed laten drogen.
Tussenlaag:
Een tussenlaag aanbrengen met Cap-elast Phase 1, verdund met ca. 5 % water, in ongeveer de kleur van de afwerklaag.
Verbruik: min. 500 ml/m2.
Afwerklaag:
Een afwerklaag aanbrengen met Cap-elast Phase 2, onverdund.
Verbruik: min. 230 ml/m2.

Scheuroverbrugging volgens DIN EN 1062: klasse A5 (>2500 µm) bij 23 °C.

Geschikte ondergronden

De ondergrond moet schoon, droog en vrij zijn van stoffen die de hechting verminderen.

Voor de voorbehandeling van de ondergrond raadpleeg het technisch informatieblad nr. 650 "Ondergronden en voorbehandeling".

Voorbereiding van de ondergrond

Pleisterwerk met een minimale drukvastheid volgens DIN EN 998-1 2 N/mm2:
Nieuwe pleisterwerk: onder normale weersomstandigheden (ca. 20 °C en 65 % RLV) kan na 2 weken het pleisterwerk behandeld worden. Bij slecht weer, bijv. wind en regen, moet een langere droogtijd worden aangehouden. Reparaties moeten goed uitgehard en droog zijn. Door voorstrijken op pleisterwerk van de mortelgroepen PII en PIII met CapaGrund Universal wordt de kans op kalkuitbloeiing sterk verminderd en kan er veelal na 7 dagen wachten geschilderd worden.

Oud pleisterwerk: Reparaties moet goed droog en doorgehard zijn. Op grof poreuze, zuigende en licht zanderige pleisters een voorstrijklaag aanbrengen met CapaTex Fix THIX. Op zanderige, poederende pleisters een impregneerlaag aanbrengen met Dupa Fix Grund.


Beton:
Vuile of poederende betonvlakken mechanisch of door hogedruk waterstralen reinigen, volgens plaatselijke voorschriften. Op zwak zuigende respectievelijk gladde oppervlakken een voorstrijklaag aanbrengen met CapaGrund Universal Universal. Op zuigende, zanderige en poederige oppervlakken een impregneerlaag aanbrengen met Dupa Fix Grund.

Goed hechtende lak- of dispersieverflagen:
Glanzende oppervlakken opruwen. Krijtende dispersielagen door hogedruk waterstralen reinigen, volgens plaatselijk voorschrift. Een voorstrijklaag aanbrengen met CapaGrund Universal. Na andere reinigingsmethoden (afwassen, afborstelen, afspuiten) een impregneerlaag aanbrengen met Dupa Fix Grund.

Goed hechtende, oude plasto-elastische dispersieverflagen:
Door hogedruk waterstralen reinigen, volgens plaatselijk voorschrift, of afwassen met water waaraan een geschikt schoonmaakmiddel is toegevoegd en naspoelen met water. Een voorstrijklaag aanbrengen met CapaGrund Universal. Een tussen- en afwerklaag aanbrengen met Cap-elast Phase 2 (zijdeglans) of PermaSilan (mat).

Goed hechtende kunstharspleisterlagen (met uitzondering van gevelisolatie):
Oude kunstharspleisterlagen volgens een geschikte methode reinigen. Door reinigen nat geworden gevels goed laten drogen. Een voorstrijklaag aanbrengen met CapaGrund Universal.

Niet goed hechtende lak-, dispersieverf- of sierpleisterlagen:
Geheel verwijderen, bijvoorbeeld mechanisch of door afbijten en reinigen door hogedruk waterstralen, volgens plaatselijk voorschrift. De ondergrond goed laten drogen. Zwak zuigende, respectievelijk gladde oppervlakken voorstrijken met CapaGrund Universal. Poederige, zuigende of zanderige oppervlakken impregneren met Dupa Fix Grund.


Silicaatverven en –pleisters met slechte samenhang:
Geheel verwijderen door schuren, borstelen, afsteken of hogedruk waterstralen, volgens plaatselijk voorschrift. De ondergrond goed laten drogen. Impregneren met Dupa Fix Grund.

Met afvoergassen of roet bevuilde oppervlakken:
Reinigingsmethode afhankelijk van de aard van de vervuiling.

Oppervlakken met schimmel, mos- en algenaangroei:
Schimmel, mos en algen geheel verwijderen door waterstralen, volgens plaatselijk voorschrift. Voorbehandelen met een schimmel-, mos- en algendodend preparaat en laten drogen. Als eindafwerking Cap-elast Phase 2-W toepassen.

Gescheurd metselwerk:
Beschadigde, gescheurde voegen ca. 10 mm diep uitkrabben, een voorstrijklaag aanbrengen met Dupa Fix Grund en na goed drogen vullen met Cap-elast Rißspachtel. Voor verdere bewerking Capelast Rißspachtel goed laten drogen. Indien de tussenlaag bruine verkleuringen vertoont, kan als afwerklaag watervrije DuparolFassadenfarbe worden toegepast.

Oppervlakken met zoutuitslag:
Zoutuitslag droog afborstelen en impregneren met Dupa Fix Grund. Bij het schilderen van oppervlakken met zoutuitslag kan geen garantie voor een duurzame hechting of het opheffen van de zoutuitslag worden gegeven. Afschilferen of afbladderen blijft onder bepaalde omstandigheden mogelijk.

Verwerkingsmethode

Cap-elast Phase 1 und Cap-elast Phase 2:
Aanbrengen met kwast, roller, blokwitter of spuitapparatuur.


Airless spuitapparatuur:
Cap-elast Phase 1: spuithoek 50°; spuitopening 0,027-0,033’’; druk 140-200 bar
Cap-elast Phase 2: spuithoek 50°; spuitopening 0,025-031’’; druk 150 bar

Gereedschap direct na gebruik met water reinigen

Cap-elast Faserpaste: 
Onverdund aanbrengen met roestvrijstalen spaan. Voor gebruik goed roeren.

Verbruik

Cap-elast Phase 1: 350-500 ml/m2 per laag.

Cap-elast Phase 2/ColorExpress: minimaal 230 ml/m2 per laag.

Cap-elast Faserpaste: minimaal 1,1 kg/m2 per mm laagdikte.

Verwerkingsomstandigheden

Minimaal 5 °C en maximaal 30 °C voor materiaal, ondergrond en omgeving tijdens verwerking en droogfase

Droogtijd

Cap-elast Phase 1:
Bij 20 °C en 65 % relatieve luchtvochtigheid over te schilderen na 24 uur.

Cap-elast Phase 2: 
Bij 20 °C en 65 % relatieve luchtvochtigheid na 24 uur bestand tegen regen.
Lagere temperaturen en hogere relatieve luchtvochtigheid verlengen de droogtijd.

Cap-elast Faserpaste:
Afhankelijk van relatieve luchtvochtigheid, temperatuur en laagdikte ca. 24 uur per mm laagdikte bij 20 °C en 65 % relatieve luchtvochtigheid.

Opmerkingen

Niet verwerken in de directe zon, bij sterke wind, mist, hoge relatieve luchtvochtigheid of bij gevaar voor regen of nachtvorst.

Om aanzetten op grote oppervlakken te voorkomen voldoende personeel inzetten en nat-in-nat zonder onderbreking doorwerken. Bij spuitapplicatie materiaal goed doorroeren en zeven.

Niet gebruiken op horizontale oppervlakken waarop water blijft staan.

Niet op kalkhoudende ondergronden (bijv. lichtgewicht pleisters) toepassen.

Bij donkere kleuren kunnen lichte strepen (zgn. schrijfeffect) ontstaan. Dit is normaal bij donkere kleuren en beïnvloed de eigenschappen van de verflaag niet.

Bij gladde, koele ondergronden of bij een trage droging van de verflaag door weersomstandigheden kunnen door vochtbelasting (regen, dauw, mist) bepaalde hulpstoffen uit de verflaag naar de oppervlakte komen in de vorm van geelachtige, transparante, licht glanzende en/of kleverige strepen. Deze strepen zijn in water oplosbaar en zullen bij voldoende water, bijvoorbeeld na enkele flinke regenbuien, vanzelf verdwijnen. De kwaliteit van de verflaag wordt hierdoor niet nadelig beïnvloed. Moet des ondanks toch direct overgeschilderd worden dan eerst de strepen met veel water wegwassen en voorstrijken met CapaGrund Universal. Bij verwerking en droging onder normale omstandigheden komen deze strepen niet voor.

Reparaties kunnen zichtbaar blijven.

Bouwtechnische scheuren kunnen aan extreme bewegingen onderhevig zijn. Duurzame en/of onzichtbare overbrugging van deze scheuren kan met een verfsysteem niet gegarandeerd worden. Aansluitvoegen van deuren, ramen, waterslagen enz. moeten met een geschikte kit worden afgedicht. Bij geveldelen die onderhevig zijn aan speciale omstandigheden of sterker dan gebruikelijk belast worden door vocht, bestaat een verhoogd risico op schimmel- en algenaangroei.

Aansluiting op raam- en deurkozijnen etc. elastisch afdichten met een geschikte kit.

Door speciale weersinvloeden en bij een grote vochtbelsting is het risico op mos- en algenaangroei groter. Vraag advies bij DAW Nederland.

Certificaat

Testrapporten zijn op aanvraag bij DAW Nederland te verkrijgen.

Veiligheidsvoorschriften (stand conform laatste uitgave)

Uitsluitend bedoeld voor professioneel gebruik.

Cap-elast Riss-Spachtel
Bevat: 1,2-Benzisothiazol-3(2H)-on, 2-Methyl-2H-isothiazol-3-on, Octhilinon (ISO), gemengd product van 5-Chloor-2-methyl-2H-isothiazol-3-on en 2-Methyl-2H-isothiazol-3-on (3:1).

Dit product is een behandeld voorwerp volgens EU regelgeving 528/2012, deze verf bevat film- en busconservering met fungicide eigenschappen: Terbutryn (CAS-Nr. 886-50-0), Octhilinon (ISO) (CAS-Nr. 26530-20-1).

Cap-elast Faserpaste
Bevat: 1,2-Benzisothiazol-3(2H)-on, 2-Methyl-2H-isothiazol-3-on, gemengd product van 5-Chloor-2-methyl-2H-isothiazol-3-on en 2-Methyl-2H-isothiazol-3-on (3:1).
Let op: spuitnevel niet inademen.

Cap-elast Phase 1
Bevat: 1,2-Benzisothiazol-3(2H)-on, 2-Methyl-2H-isothiazol-3-on, gemengd product van 5-Chloor-2-methyl-2H-isothiazol-3-on en 2-Methyl-2H-isothiazol-3-on (3:1).
Let op: spuitnevel niet inademen.

Cap-elast Phase 2
Bevat: 1,2-Benzisothiazol-3(2H)-on, 2-Methyl-2H-isothiazol-3-on, gemengd product van 5-Chloor-2-methyl-2H-isothiazol-3-on und 2-Methyl-2H-isothiazol-3-on (3:1).
Let op: spuitnevel niet inademen.

Voor actuele informatie raadpleeg het meest recente VeiligheidsInformatieBlad.

Afval

Nur restentleerte Gebinde zum Recycling geben. Flüssige Materialreste bei der Sammelstelle für Altfarben/Altlacke abgeben, eingetrocknete Materialreste als Bau- und Abbruchabfälle oder als Siedlungsabfälle bzw. Hausmüll entsorgen.

Technisch advies

Alle in de praktijk voorkomende ondergronden en de behandeling daarvan kunnen niet in dit technisch informatieblad worden opgenomen. Moeten ondergronden behandeld worden die niet in deze TI worden vermeld, vraag dan een objectgericht advies aan. Wij adviseren u graag.

Servicecentrum

DAW NEDERLAND B.V.

Tel.: (+31) (0)33 247 50 00
Fax: (+31) (0)33 247 50 12
e-mail: info@dawnederland.nl

Kijk ook op www.dawnederland.nl

Caparol Newsletter - Altijd op de hoogte van het laatste nieuws.

Vanaf nu kunt u zich laten informeren over alle actuele thema's via onze digitale Caparol newsletter! Productinnovaties, beursinformatie, wetenswaardigheden en nog veel meer uit de wereld van Caparol krijgt u direct in uw inbox.

Uw gegevens

Ja, ich wil vanaf nu de gratis Caparol-Newsletter ontvangen. Ik kan mijn aanmelding te allen tijde stopzetten d.m.v. de link onder de nieuwsbrief.


* Verplichte velden