Capadecor VarioPutz
Kleurrijke structuur afwerking voor binnen. Rationeel met roller of spuit aan te brengen.Toepassing
Meerkleurige, goed te reinigen wandafwerking voor toepassing binnen. Uitstekend geschikt voor wanden in kantoren, gangen, trappenhuizen etc. Een extra afwerklaag is niet noodzakelijk.Eigenschappen
- zeer goed te reinigen
- mechanisch te belasten
- onbrandbaar (rolapplicatie) conform DIN 4102, A2
- zeer goed bij te werken
- rationele verwerking
Materiaalbasis
Kunstharsdispersie, transparant bindmiddel en gekleurde chips.Verpakking
12½ kgKleur
Let op!Elke kleur in Capadecor®VarioPutz heeft een eigen basiskleur. De Putzgrund 610 moet dekkend worden uitgevoerd in de kleur afgestemd op de eindafwerking
Designs: | Kleurnummer Putzgrund 610: |
VarioPutz Nr. 13 | VP Nr. 13 |
VarioPutz Nr. 14 | VP Nr. 14 |
VarioPutz Nr. 19 | VP Nr. 19 |
VarioPutz Nr. 21 | VP Nr. 21 |
VarioPutz Nr. 25 | VP Nr. 25 |
VarioPutz Nr. 27 | VP Nr. 27 |
VarioPutz Nr. 29 | VP Nr. 29 |
VarioPutz Nr. 30 | VP Nr. 30 |
VarioPutz Nr. 32✱ | VP Nr. 32 |
VarioPutz Nr. 51✱ | VP Nr. 51 |
✱Deze designs bevatten glimmerchips en hebben alleen effect als er direct (zon/kunst) licht op valt.
De kleurrecepten van de Putzgrund 610 conform Caparol 3D en VarioPutz kleuren zijn niet gelijk. Caparol 3D kleurrecepten kunnen derhalve niet gebruikt worden.
Glansgraad
G3 - Mat (volgens DIN EN 13300)Opslag
Koel, maar vorstvrij.Aangebroken verpakking goed gesloten bewaren.
Diffusie-equivalente luchtlaag Sd
µd-waarde: ca. 0,10 mAanvullende producten
- Caparol Putzgrund 610
- Capadecor® Diamonds
Toepassing conform technisch informatieblad nr. 606
binnen 1 | binnen 2 | binnen 3 | buiten 1 | buiten 2 |
+ | + | ○ | – | – |
(–) niet geschikt / (○) beperkt geschikt / (+) geschikt |
Geschikte ondergronden
De ondergrond moet draagkrachtig, schoon, droog en vrij zijn van stoffen die de hechting verminderen.Voorbereiding van de ondergrond
Gestructureerde oppervlakken
Goed hechtend rauhfaserbehang, glasweefsel en sierpleister met een fijne tot middelgrove structuur kunnen na een dekkende tussenlaag met Putzgrund 610 met VarioPutz worden behandeld. Structuurverschillen in de ondergrond worden niet weggewerkt. Een tweede laag met VarioPutz kan noodzakelijk zijn.
Minerale pleisterlagen conform DIN EN 998-1, klasse CS II - CS IV drukvastheid min. 2 N/mm2
Draagkrachtige, normaal zuigende pleisterlagen zonder voorbehandeling schilderen. Poreuze,
zanderige of zuigende pleisterlagen voorstrijken met CapaTex Fix THIX.
Gipspleisters conform DIN EN 13279-1 / drukvastheid min. 2 N/mm2
Eventueel op gipspleister aanwezige sinterhuid en scharen afschuren. Het oppervlak stofvrij maken en impregneren met CapaTex Fix THIX, zonodig tot max. 20 % met water verdund.
Gipsbouwplaten
Zuigende platen impregneren met CapaTex Fix THIX. Op sterk verdichte, gladde platen een
voorstrijklaag aanbrengen met CapaSil Primer.
Gipskartonplaten
Eventueel aanwezige scharen afslijpen. Het oppervlak stofvrij maken. Gipsreparaties voorstrijken met CapaTex Fix THIX. Totale ondergrond voorstrijken met CapaSil Primer of CapaTex Fix THIX. Platen met in water oplosbare bestanddelen die verkleuren impregneren met CapaWood Aqua Isolation.
Beton
Eventueel aanwezige resten van ontkistingsmiddelen verwijderen. Voorstrijken met CapaTex Fix THIX
Goed hechtende verflagen
Matte, matig zuigende oppervlakken zonder voorstrijken schilderen. Glanzende oppervlakken en laklagen opruwen, reinigen en voorstrijken met CapaSil Primer.
Niet goed hechtende verflagen
Niet goed hechtende lak-, dispersieverf- of kunstharssierpleisterlagen geheel verwijderen. Op zwak zuigende, gladde oppervlakken een voorstrijklaag aanbrengen met CapaSil Primer. Op zuigende, zanderige of poreuze opper-vlakken een voorstrijklaag aanbrengen met CapaTex Fix THIX.
Niet goed hechtende minerale verflagen mechanisch verwijderen, het oppervlak stofvrij maken en impregneren met CapaTex Fix THIX, zonodig tot max. 20 % met water verdund.
Niet goed hechtend behang
Behang volledig verwijderen. Lijm en resten van grondpapier wegwassen en impregneren met CapaTex Fix THIX, zonodig tot max. 20 % met water verdund.
Oppervlakken met nicotine, water, roet of vet
Oppervlak reinigen met water waaraan een gebruikelijk schoonmaakmiddel is toegevoegd.
Voorstrijken met CapaWood Aqua Isolation. Sterk vervuilde oppervlakken schilderen met IsoDeck of IsoDeck Ultra.
Hout en houtachtige oppervlakken
Ondergrond schilderen met de waterverdunbare Capalac Aqua- of Capacryl Aqua-producten.
Raadpleeg de desbetreffende informatiebladen.
Kleine beschadigingen
Na de vereiste voorbehandeling kleine beschadigingen repareren met Caparol Akkordspachtel, volgens verwerkingsvoorschrift. Indien nodig nogmaals voorstrijken.Acrylaat voegkit
Nieuw aangebrachte kit minimaal 7 dagen laten uitharden. Kitvoegen voorbehandelen met Capacryl Aqua UniPrimer
Let op!
Oneffenheden in de ondergrond worden door Capadecor VarioPutz miet weggewerkt en blijven zichtbaar. In voorkomende gevallen de ondergrond eerst egaliseren.
Q2 / Q 3 pleisterlagen en dunne gipspleisters < 0,5 mm
Bij gipshoudend, hydraulisch afbindende pleisterwerk van de kwaliteit Q2 en Q3 wordt een transparant en waterverdunbaar voorstrijkmiddel geadviseerd.
Als alternatief voor de gipspleister (Q3) kan een pasteus, kant en klaar pleistermateriaal worden gebruikt.
Materiaalbereiding
Bij toepassing van Capadecor® Diamonds het aangemaakte materiaal niet langdurig opslaan.Verwerkingsmethode
Aanbrengen met de roller of door middel van hogedruk spuiten.
Opbouw van het systeem
Tussenlaag:Een dekkende tussenlaag aanbrengen met Putzgrund 610 in kleur afgestemd op de kleur van VarioPutz (zie overzicht). De tussenlaag in één richting narollen. De kanten (besnijranden) zo strak mogelijk narollen. Zonodig twee tussenlagen aanbrengen. Tussenlagen zonder kwartszand zijn ongeschikt. De Putzgrund 610 moet gelijkmatig dekkend en zonder strepen of ongelijkmatigheden worden aangebracht.
Rolapplicatie
1e laag:
VarioPutz handmatig of met een langzaamdraaiende mixer goed doorroeren. De te gebruiken roller vooraf goed inwerken.
De VarioPutz met een roller zonder verlengstuk, nat-in-nat en goed verdeeld aanbrengen. Na voldoende aandrogen met een zachte borstel (bijv. een ovale witkwast) 'naslechten' en eventuele rolslagen wegwerken. De aandroogtijd is ca. 10-30 minuten. Bij een hoge luchtvochtigheid kan de aandoortijd langer zijn.
2e laag:
VarioPutz op de voldoende droge ondergrond onverdund, gelijkmatig en nat-in-nat aanbrengen met een roller zonder verlengstuk.
Na voldoende aandrogen met een zachte borstel (bijv. een ovale witkwast) 'naslechten' en eventuele rolslagen wegwerken. De aandroogtijd is ca. 10-30 minuten. Bij een hoge luchtvochtigheid kan de aandoortijd langer zijn.
Let op!
Bij nadelige verwerkingsomstandigheden, bijv. te hoge temperaturen (boven 30 °C), kan de VarioPutz niet meer verwerkt worden.
Spuitapplicatie
VarioPutz doorroeren en met geschikte spuitapparatuur onverdund en in een draaiende gelijkmatig beweging aanbrengen. Niet met een borstel 'naslechten'.
Spuitopening: 4 - 5 mm
Luchtdruk: 2,5 - 3,5 bar
Afstand tot muuroppervlak: ca. 60 - 80 cm
Verbruik
Rolapplicatie:Bij tweelagen ca. 300 - 350 g/m2 per laag.
Spuitapplicatie:
Ca. 600-700 g/m2 per laag
Nauwkeurig verbruik vaststellen door een proef op het object.
Verwerkingsomstandigheden
Minimaal 8 °C en 65 % relatieve luchtvochtigheid tijdens verwerking en droogfase.Droogtijd
Bij 20 °C en 65 % relatieve luchtvochtigheid na ca. 6-8 uur stofdroog. Uitgehard en volledig te belasten na ca. 3 dagen.Lagere temperaturen en hogere luchtvochtigheid verlengen de droogtijd.
Gereedschap
Geschikte roller:- De vachthoogte van de verfroller moet 12 tot 16 mm zijn.
Geschikte spuitapparatuur:
- Trechterpistool
Reinigen gereedschap
Gereedschap direct na gebruik reinigen met water.Opmerkingen
Het is noodzakelijk dat op een en hetzelfde oppervlak alleen materiaal gebruikt wordt met gelijke productienummers, of materiaal van verschillende productienummers die onderling gemengd zijn. Om aanzetten te voorkomen nat-in-nat zonder onderbreking doorwerken.Bij behandeling van gipshoudende ondergronden kan door langdurige vochtinwerking blazen, onthechting of zachte delen ondergrond ontstaan. Zorg voor een snellere droging. Bij gebruik van Caparol Tiefgrund TB, binnen, kan de geur van oplosmiddel merkbaar zijn. Goed ventileren. Houd rekening met Arbo-wetgeving.
Certificaat
Testrapporten zijn op aanvraag te verkrijgen.Veiligheidsvoorschriften (stand conform laatste uitgave)
Uitsluitend bedoeld voor professioneel gebruik.Bevat: 1,2-Benzisothiazol-3(2H)-on, gemengd product vaan 5-Chloor-2-methyl-2H-isothiazol-3-on en 2-Methyl-2H-isothiazol-3-on (3:1).
Voor actuele informatie raadpleeg het meest recente VeiligheidsInformatieBlad.
Afval
Inhoud / verpakking afvoeren volgens lokale regelgeving.EU-grenswaarde VOS
De grenswaarde van dit product (cat.A/a) is max. 30 g/l (2010). Dit product bevat < 1 g/l VOS = 0 %.Inhoudstoffen
Polyvinylacetaathars, calciumcarbonaat, minerale pigmenten en vulstoffen, water en conserveermiddel.Technisch advies
Alle in de praktijk voorkomende ondergronden en de behandeling daarvan kunnen niet in dittechnisch informatieblad worden opgenomen. Moeten ondergronden behandeld worden die niet in
deze TI worden vermeld, vraag dan een objectgericht advies aan. Wij adviseren u graag.
Servicecentrum
DAW NEDERLAND B.V.Tel.: (+31) (0)33 247 50 00
Fax: (+31) (0)33 247 50 12
e-mail: info@dawnederland.nl
Kijk ook op www.dawnederland.nl