Muresko Nespri
Hoogwaardige SilaCryl-muurverf met een mineraal karakter, voor het rationeel behandelen van gevels met het Nespri-TEC-spuitsysteem.Toepassing
Buitenmuurverf, toe te passen op vele ondergronden. Airless te verspuiten met het Nespri-TEC-spuitsysteem.
Geschikt voor toepassing op intacte gevelisolatiesystemen, draagkrachtige dispersieverflagen,
organisch- en mineraal pleisterwerk, beton, vezelcementplaten, bakstenen metselwerk, cellenbeton
etc.
Afhankelijk van de mate van verdunnen is Muresko zowel structuurbehoudend als structuurnivellerend.
Bijzonder goed geschikt voor het schilderen van cellenbetonplaten.
Eigenschappen
- nieuw en innovatief bindmiddel, SilaCryl
- in vele kleuren te leveren
- veelzijdig toe te passen
- hecht uitstekend op vele ondergronden
- alkalivast, verzeept niet
Materiaalbasis
Gesiliconiseerde acrylaat op basis van SilaCryl met toevoeging van siliconen.Verpakking
- Standaard:
25 l hobbock, 120 l vat - ColorExpress:
12½ l
Kleur
Wit
Overige kleuren zijn te maken met ColorExpress. Bij afname van 100 liter en meer in één kleur is levering af fabriek mogelijk. Informeer vooraf naar de levertijden.
De kleur voor verwerking controleren.
Op grote oppervlakken altijd materiaal van hetzelfde chargenummer verwerken. Muresko is zelf op kleur te maken met CaparolColor Vollton- und Abtönfarben of AmphiColor Vollton- und Abtönfarben.
Bij het zelf op kleur maken de totale hoeveelheid mengen om kleurverschil te voorkomen. Muresko Wit is tevens basis 1 voor het ColorExpress-systeem
Heldere en intensieve kleuren hebben een matige dekkracht. Het aanbrengen van een grondlaag in ongeveer de eindkleur vanuit basis wit is aan te bevelen. Een tweede afwerklaag kan noodzakelijk zijn.
Kleurstabiliteit conform BFS nr. 26:
Klasse: A
Groep: 1 tot 3, afhankelijk van de kleur
Glansgraad
Mat, klasse: G3Opslag
Koel en goed gesloten bewaren.Technische eigenschappen
Conform DIN EN 1062:Maximale korrelgrootte
< 100 µm S1Soortelijke massa
ca. 1,5 g/cm3Drogelaagdikte
100–200 µm E3Wateropnamecoëfficiënt
≤ ca. 0,05 [kg/(m2 · h0,5 )]Klasse: W3 (laag)
Waterdampdoorlaatbaarheid (µ waarde)
< ca. 0,5 m, klasse: V2 (gemiddeld)Bij materiaal op kleur kunnen de technische waarden gering afwijken.
Aanvullende producten
OptiSilan TiefGrundMuresko Fassadenputz
Product-nr.
142Toepassing conform technisch informatieblad nr. 606
binnen 1 | binnen 2 | binnen 3 | buiten 1 | buiten 2 |
– | – | – | + | + |
(–) niet geschikt / (○) beperkt geschikt / (+) geschikt |
Geschikte ondergronden
De ondergrond moet schoon, droog en vrij zijn van stoffen die de hechting verminderen.Voor de voorbehandeling van de ondergrond raadpleeg het technisch informatieblad nr. 650 "Ondergronden en voorbehandelingen".
Voorbereiding van de ondergrond
Nieuwe en oude buitengevelisolatiesystemen, afgewerkt met intacte sierpleister op basis van dispersie-, silicaat-, siliconenhars- of kalkcementsierpleister(volgens DIN EN 998-1 klasse CS II 1,5 - 5,0 N/mm2)
De sierpleister volgens een geschikte methode reinigen. Bij reinigen met stoomstralen op oude pleisters die intact zijn, is het van belang dat de temperatuur niet hoger dan 60 °C en de druk max. 60 bar. Na het reinigen voldoende droogtijd aanhouden. Voordat de Muresko Nespri wordt aangebracht de onderstaande werkwijze, afhankelijk van de soort ondergrond, aanhouden.
Pleisterlagen volgens DIN EN 998-1 Klasse CS II 1,5 - 5,0 N/mm2
Nieuwe pleisterlagen voldoende laten drogen, meestal 2 weken bij 20 °C en 65 % rlv. Bij ongunstig weer een langere droogtijd aanhouden. Door voor te strijken met CapaGrund Universal verminderd het risico van kalkuitbloeiïngen en kan veelal na 7 dagen wachten geschilderd worden.
Oude pleisterlagen
Bij oude pleisterlagen moeten reparaties voldoende afgebonden en droog zijn. Op grof poreuze, zuigende en matig zandende pleisterlagen een voorstrijklaag aanbrengen met OptiSilan TiefGrund. Op sterk zandende, murwe pleisterlagen een impregneerlaag aanbrengen met Dupa Fix Grund, ook bij gevelisolatiesystemen met polystyreen-isolatieplaten.
Nieuwe silicaat-sierpleisters
Schilderen met Caparol Sylitol-producten.
Oude minerale verven en -sierpleisters
Goed hechtende lagen mechanisch of door hogedruk waterstralen reinigen. Niet goed hechtende, verweerde lagen verwijderen door afsteken, afslijpen of afkrabben. Het oppervlak stofvrij maken. Een impregneerlaag aanbrengen met Dupa Fix Grund.
Cellenbeton met goed hechtende verflagen
Onbeschadigde oppervlakken reinigen. Verweerde of sterk zuigende verflagen voorstrijken met CapaGrund Universal. In alle andere gevallen het Caparol producten programma raadplegen.
Beton
Reinigen volgens een geschikte methode. Op zwak zuigende of gladde oppervlakken een
voorstrijklaag aanbrengen met CapaGrund Universal. Poreuze, zuigende of zwak zanderige
oppervlakken voorstrijken met bijv. OptiSilan TiefGrund. Poederende of zuigende oppervlakken impregneren met Dupa Fix Grund.
Vezelcementplaten
Vrijstaande platen moeten aan alle kanten, dus ook aan de rugzijden en op de zaagsneden, worden behandeld. Vanwege de hoge alkaliteit de platen altijd voorstrijken met Disbon 481 2K-EP-Universalprimer om kalkuitbloeiingen te voorkomen.
Bakstenen metselwerk
Voor toepassing buiten zijn alleen stenen van vorstbestendige kwaliteit en zonder inwendige verontreinigingen geschikt. Het metselwerk moet droog en gaaf zijn, zonder scheuren en vrij van zouten. Impregneren met Dupa Fix Grund. Vertoont de tussenlaag bruine verkleuringen, dan afwerken met watervrije Duparol.
Goed hechtende dispersie-, dispersie-silicaat- en siliconenharsverflagen
Oude verflagen verflagen volgens plaatselijke voorschriften reinigen door hogedruk stoomstralen.
Oude verflagen met de volgende eigenschappen:
Goed hechtend, niet zuigend en droog: Zie "Opbouw van het verfsysteem"
Matig zuigend: Voorstrijken met CapaGrund Universal, verdund met max 3 % water.
Sterk zuigend: Voorstrijken met OptiSilan TiefGrund of Dupa Fix Grund.
Afwerklagen op gevelisolatiesystemen: Sterk zuigende, goed hechtende lagen met haarsheurtjes voorstrijken met Dupa Fix Grund.
Poederend en krijtend: Voorstrijken met Dupa Fix Grund.
Glanzende en waterafstotende (hydrofoob) verflagen
Mechanisch opruwen en voorstrijken met CapaGrund Universal. Is na het opruwen nog steeds een waterafstotend effect aanwezig dan adviseren wij voor te strijken met Dupa Fix Grund.
Goed hechtende sierpleister op basis van dispersie of siliconenhars
Oude pleisterlagen reinigen met een geschikte methode. Bij nat reinigen de ondergrond goed laten drogen.
Niet goed hechtende minerale verflagen
Volledig verwijderen door schuren, borstelen, schrapen of een andere geschikte methode. De oppervlakken vervolgens met hogedruk waterstralen of stoomstralen reinigen en goed laten drogen. Impregneren met Dupa Fix Grund.
Niet goed hechtende verf- en sierpleisterlagen op basis van dispersie
Verf- en sierpleisterlagen geheel verwijderen. De ondergrond goed laten drogen. Gladde of matig zuigende oppervlakken voorstrijken met CapaGrund Universal. Zuigende, zanderige of poederende oppervlakken impregneren met Dupa Fix Grund.
Door industriegassen of ijzerzouten aangetaste oppervlakken
Schilderen met watervrije muurverf Duparol.
Pleister of beton met scheuren
Schilderen met Cap-elast.
Oppervlakken met zoutuitbloeiingen
Zoutuitbloeiingen verwijderen door afborstelen. Impregneren met Dupa Fix Grund. Bij het schilderen van oppervlakken met zoutuitbloeiingen wordt geen garantie gegeven voor een duurzame hechting of voor het wegblijven van zoutuitbloeiingen.
Reparaties
Kleine oneffenheden in de ondergrond uit- vlakken met Caparol Fassaden-Feinspachtel. Gaten tot 20 mm repareren met Histolith Renovierspachtel. De gerepareerde delen voorstrijken.
Verwerkingsmethode
Verwerking uitsluitend met Nespri spuitapparatuurSpuiten met de speciale Nespri-nozzle voor buitenmuren (spuiten en narollen)
- 20° dubbele nozzle 215 voor "besnijden"
- 30° dubbele nozzle 317 voor gladde ondergronden
- 30° dubbele nozzle 319 voor ruwe ondergronden
De temperatuur van het materiaal wordt door de spuitinstallatie automatisch ingesteld. De druk bij een geopend spuitpistool moet in het groene vlak van de meter liggen.
Wordt de Nesprikit-slanghaspel gebruikt dan de druk op de Nespri-spuitinstallatie zelf instellen.
Andere materialen, zoals speciale voorstrijkmiddelen, kunnen worden verspoten met het Nespri-airlessapparaat. Het overspray-vrije effect wordt dan niet bereikt. De materialen met de nodige voorzorgsmaatregelen verwerken.
Opbouw van het systeem
Indien mos- en/of algenaangroei op de ondergrond aanwezig is deze conform de voorschriften behandelen met een wettelijk toegelaten mos-en algendodend preparaat.Grond-, tussen en/of afwerklaag:
Muresko Nespri onverdund aanbrengen met de speciaal ontwikkelde Nespri-airlessapparatuur. Direct gelijkmatig narollen met een goede muuurverfroller.
Verbruik
Ca. 200 - 250 ml/m2 per laag op een gladde ondergrond. Op ruwe oppervlakken naar verhouding meer.Voor een optimale bescherming zijn twee verflagen noodzakelijk met een totaal verbruik van minimaal 400 ml/m2 met een drogelaagdikte van minimaal 200 µm. Elke verflaag extra verhoogt het verbruik met min. 200 ml/m2 en de laagdikte met ca. 100 µm.
Nauwkeurig verbruik vaststellen door een proef op het object.
Verwerkingsomstandigheden
Minimaal 5 °C en max. 30 °C voor materiaal, ondergrond en omgeving.Droogtijd
Bij 20 °C en 65 % relatieve luchtvochtigheid over te schilderen na 4 - 6 uur. Volledig droog en te belasten na ca. 3 dagen.Lagere temperaturen en hogere luchtvochtigheid verlengen de droogtijd.
Reinigen gereedschap
Gereedschap direct na gebruik reinigen met water.Opmerkingen
Om aanzetten op grote oppervlakken te voorkomen moet voldoende personeel nat-in-nat zonder onderbreking doorwerken. Niet geschikt op horizontale oppervlakken waarop water blijft staan.
Bij toepassing op cellenbeton moet de reflectiewaarde van de verflaag meer dan 30 zijn, op
gevelisolatie 20.
Op buitenmuren met veel waterbelasting is er een verhoogd risico van aangroei van micro-organisme.
Bij donkere kleuren kan door mechanische belasting (krassen) lichte strepen, zgn.
"schrijfeffect” ontstaan. Dit komt voor bij alle matte muurverven en gaat door vocht, bijv. regen, weer weg.
Bij toepassing binnen van oplosmiddelhoudende producten de ARBO-wetgeving naleven.
Bij gladde, koele ondergronden of bij een trage droging van de verflaag door weersomstandigheden kunnen door vochtbelasting (regen, dauw, mist) bepaalde hulpstoffen uit de verflaag naar de oppervlakte komen in de vorm van geelachtige, transparante, licht glanzende en/of kleverige strepen.
Deze strepen zijn in water oplosbaar en zullen bij voldoende water, bijvoorbeeld na enkele flinke regenbuien, vanzelf verdwijnen. De kwaliteit van de verflaag wordt hierdoor niet nadelig beïnvloed.
Moet des ondanks toch direct overgeschilderd worden dan eerst de strepen met veel water
wegwassen en voorstrijken met CapaGrund Universal. Bij verwerking en droging onder normale omstandigheden komen deze strepen niet voor.
Als op kleur gebrachte Muresko op een alkalische ondergrond moet worden aangebracht, dan eerst voorstrijken met CapaGrund Universal Universal om kalkuitbloeiingen te voorkomen.
Reparaties kunnen zichtbaar blijven.
Niet verwerken in de felle zon, bij harde wind, mist en bij kans op regen of nacht- vorst.
Veiligheidsvoorschriften (stand conform laatste uitgave)
Uitsluitend bedoeld voor professioneel gebruik.Bevat: 1,2-Benzisothiazol-3(2H)-on, 2-Methyl-2H-isothiazol-3-on, Octhilinon (ISO),, reactieproduct van 5-Chloor-2-methyl-2H-isothiazol-3-on en 2-Methyl-2Hisothiazol-3-on (3:1).
Dit product is een behandeld voorwerp volgens EU-regelgeving 528/2012, deze verf bevat film- en busconservering met fungicide eigenschappen: Terbutryn (CAS-Nr. 886-50-0), Octhilinon (ISO) (CAS-Nr. 26530-20).
Voor actuele informatie raadpleeg het meest recente VeiligheidsInformatieBlad.
Afval
Inhoud / verpakking afvoeren volgens lokale regelgeving.EU-grenswaarde VOS
De grenswaarde van dit product (cat. A/c) is max. 40 g/l (2010).Dit product bevat max. < 20 g/l VOS.
Inhoudstoffen
Polyacrylaathars, polysiloxaan, silicaten, titaanwit, calciumcarbonaat, water, glycolether, glycolen, additieven en conserveermiddel.Technisch advies
Alle in de praktijk voorkomende ondergronden en de behandeling daarvan kunnen niet in dit technisch informatieblad worden opgenomen. Moeten ondergronden behandeld worden die niet in deze TI worden vermeld, vraag dan een objectgericht advies aan. Wij adviseren u graag.Servicecentrum
DAW NEDERLAND B.V.Tel.: (+31) (0)33 247 50 00
Fax: (+31) (0)33 247 50 12
e-mail: info@dawnederland.nl
Kijk ook op www.dawnederland.nl